eHealth monitor 2016. Ontwikkelingen, trends en verschuivingen op het gebied van eHealth. ‘eHealth is meer dan techniek’
Vorige week is de vierde editie van de eHealth Monitor verschenen: ‘Meer dan techniek’. In dit jaarlijkse rapport wordt door Nictiz en Nivel onderzoek gedaan naar eHealth in Nederland. De titel ‘Meer dan techniek’ slaat op de conclusie die wordt getrokken uit het rapport van dit jaar, namelijk dat eHealth niet alleen om technologie gaat, maar dat wijzelf vooral bepalen hoe eHealth zich ontwikkelt!
Uit de eHealth monitor 2016 worden 7 conclusies getrokken.
1: ‘Er is een flink aanbod van online diensten, maar toch weten de meeste zorggebruikers niet goed wat er mogelijk is.’
Het aanbod van online gemaksdiensten bij met name huisartsen wordt steeds groter. Een aantal diensten worden goed opgenomen door de huisartsen, zoals online mogelijkheden voor herhaalrecepten of het sturen van een e-mail of sms herinnering voor een afspraak. Wat echter opvalt is dat het gebruik van deze online toepassingen niet toeneemt. Bij de meeste toepassingen ligt het gebruik op of onder de 10%. De reden die hiervoor gegeven wordt door zorggebruikers is dat hun niet aangeraden wordt om online contactmogelijkheden te gebruiken. Het is dus extra belangrijk dat zorgverleners de gebruikers attenderen op de online mogelijkheden zodat de gebruikers losbreken uit de oude gewoontes. Hier is goed te zien dat eHealth niet alleen technologie is, maar dat wijzelf de bekendheid en de ontwikkeling bepalen.
2. ‘Artsen bieden hun patiënten langzaam maar zeker meer mogelijkheden voor online inzage in hun medische gegevens, vooral voor voorgeschreven medicatie.’
Bij huisartsen en medisch specialisten nemen de mogelijkheden voor online inzage voor patiënten in onderdelen van het medisch dossier toe. Deze mogelijkheden ontwikkelen zich vooral op het gebied van inzage in gestelde diagnoses en voorgeschreven medicatie. Ook worden patiëntportalen steeds populairder. Volgens een vijfde van de managers en bestuurders in de care zijn patiëntportalen op beperkte tot volledige schaal geïmplementeerd in de organisatie. Echter is er ook op dit vlak een communicatieprobleem. Er is een groot verschil tussen het percentage artsen dat aangeeft dat inzage mogelijk is voor patiënten en het percentage patiënten dat daadwerkelijk ook online inzage heeft gehad en/of weet of dat mogelijk is.
3: ‘92% van de praktijkondersteuners van de huisarts voor de geestelijke gezondheidszorg werkt met eMental Health, vaak bij een klein deel van de cliënten.’
POH’s-GGZ werken veel met eMental Health maar passen dit echter maar bij een deel van de patiënten toe. Zorggebruikers geven dan ook aan niet bekend te zijn met eMental Health en maken er weinig gebruik van. Van de zorggebruikers die een GGZ-hulpverlener bezochten had maar 9% online behandeling in combinatie met face-to-face gesprekken gehad.
4: ‘De caresector vindt innovatie belangrijk, maar het gebruik van eHealth neemt nauwelijks toe.’
Een rede die hiervoor gegeven wordt is dat de jongere generatie meer achtergrondinformatie over computers en systemen heeft. Bij oudere cliënten is vernieuwing soms erg moeilijk. Echter is er wel een stijging waarneembaar in het gebruik van mobiele apps voor zorg en gezondheid en in het gebruik van een computer of tablet om een patiënt informatie te geven.
5: ‘Van de medisch specialisten houdt inmiddels 86% zijn dossier elektronisch bij, maar de helft vindt dat het teveel tijd kost voor wat het oplevert.’
Voor verpleegkundigen is het erg relevant om een elektronisch patiëntendossier achter de hand te hebben. Hiermee kan meer persoonlijke aandacht gegeven worden en zijn ze voorbereid als ze bij iemand binnenstappen. Bij huisartsen is het vanzelfsprekend om een elektronisch patiëntendossier te hebben, 96% van de huisartsen maakt hier gebruik van. Echter is dit bij medisch specialisten anders. 86% van de medisch specialisten maakt op dit moment gebruik van een elektronisch patiëntendossier, wat 20% meer is dan 3 jaar geleden. Huisartsen zien het nut in van de elektronische patiëntendossiers, maar 19% is ontevreden over de mogelijkheden. Onder medisch specialisten is de ontevredenheid hoger, namelijk 45%.
6: ‘Lichamelijke activiteit bijhouden via apparaat of app neemt toe onder zorggebruikers’
Lichamelijke activiteit wordt via apps steeds meer bijgehouden door zorggebruikers. Apps worden onder andere ook gebruikt om informatie over gezondheid en herstel op te zoeken, gegevens over gezondheid bij te houden, of zelf gezondheidswaarden te meten.
En de belangrijkste van allemaal:
7: ‘eHealth is meer dan techniek. Wijzelf, onze organisaties en onze omgeving bepalen hoe deze maatschappelijke innovatie vorm krijgt.‘
‘eHealth is een echte maatschappelijke innovatie’ concludeert Johan Krijgsman, manager Monitoring & TrendITion bij Nictiz. Volgens hem moeten niet alleen processen en organisaties veranderen, maar moeten de gewoonten van de maatschappij veranderen. Er moet een switch worden gemaakt van oude patronen en gewoonten naar de innovaties van nu. Het gaat op dit moment misschien niet hard, maar er is wel duidelijk iets op gang aan het komen. eHealth is in opkomst, de zorgbranche wordt hier op dit moment al enorm door beïnvloed en de invloed van eHealth zal alleen nog maar gaan stijgen. Wilt u daarom advies over de mogelijkheden van het toepassen van eHealth voor uw praktijk of instelling? Neem dan een kijkje op onze site eHealth88.nl, of neem contact met ons op!
Download ook de handige infographic van de eHealth-monitor 2016 door op de onderstaande afbeelding te klikken!
Bron: Nictiz, Nivel eHealth Monitor 2016